Ontslag op staande voet, een praktijkvoorbeeld.
Een onderneming op het gebied van interieurbouw heeft meerdere medewerkers die in bedrijfsauto’s rondrijden. Bedrijfsleider Dirk belt me op een ochtend op en zegt dat hij medewerker Jan op staande voet wil ontslaan. Jan rijdt al een tijdje rond in de bedrijfsbus, terwijl hem al enige tijd geleden de rijbevoegdheid is ontzegd (wegens alcohol aan het verkeer deelnemen). Jan heeft hierover gezwegen en gelogen.
Afweging van belangen.
Nadat ik heb gekeken naar alle voors en tegens breng ik een positief advies uit. Ik ben mij ervan bewust dat een ontslag op staande voet zeer vergaande consequenties zal hebben voor Jan. Hij zal namelijk geen recht op een WW uitkering hebben. Het UWV zal beslissen dat Jan geen recht op WW heeft, omdat hij verwijtbaar werkloos is. Voor Jan, met jonge kinderen en een hypotheek is dit uiteraard dramatisch, dat hoef ik nauwelijks verder uit te leggen. Voor een werkgever als Dirk telt echter zwaar dat een werknemer die de verantwoordelijkheid heeft om zich als goed werknemer te gedragen, ook de verantwoordelijkheid heeft dat hij zulke ingrijpende zaken als de intrekking van de rijbevoegdheid niet verzwijgt. Want als Jan een ongeval had veroorzaakt met de bedrijfsauto?
Waarom eigenlijk ontslag op staande voet?
Bij de vraag of het ontslag op staande voet gerechtvaardigd is, telt ook mee dat Jan bij de confrontatie meermaals heeft gelogen. Hij ontkende dat hij in de bedrijfsbus had gereden, terwijl Dirk kon aantonen dat Jan loog. Ook beweerde Jan dat werkgever fouten had gemaakt bij het onderzoek, maar dat was aantoonbaar het gevolg van het liegen door Jan. De werknemer heeft na het ontslag op staande voet, dat aan hem is medegedeeld in een brief die ik voor de interieurbouwer heb opgesteld, een advocaat in de arm genomen. Vanwege de verregaande consequenties voor Jan stond deze met de rug tegen de muur en had eigenlijk geen ander alternatief dan om te procederen en het ontslag hopelijk ongedaan te maken.
De advocaat van Jan voerde verschillende argumenten aan om te proberen twijfel te zaaien bij de vraag of het ontslag op staande voet bij de kantonrechter in stand zou blijven. Al deze argumenten konden weerlegd worden. De advocaat van Jan probeerde van alles en leek vastbesloten om de procedure te starten.
En nu? Voet bij stuk houden? Het is een vast gegeven dat gerechtelijke procedures tijd en energie kosten, maar niet te vergeten ook veel geld. Mijn werk is om ondernemers zo snel mogelijk te bevrijden van juridische kopzorgen. Met Dirk besprak ik de voors en de tegens van de zaak en ook de route naar de meest efficiënte oplossing.
De belangrijkste vraag werd: wat kost procederen tegenover wat kost een regeling in der minne?
Al vrij snel zijn Jan en zijn advocaat akkoord gegaan met een aanbod dat ik heb gedaan namens Dirk. Dit aanbod kostte ongeveer net zo veel als Dirk aan advocaatkosten zou maken ingeval van een gerechtelijke procedure. Voordeel voor Dirk is dat hij de oplossing in eigen hand heeft, terwijl procederen altijd risico’s in zich herbergt. En met de invoering Wet Werk & Zekerheid is hoger beroep mogelijk. Dit zou kunnen betekenen dat partijen nog jarenlang met elkaar in de rechtszaal zouden staan. Daar zit niemand op te wachten.
Jan is denk ik akkoord gegaan, omdat hij inzag dat zijn kansen in een procedure zeer mager waren. Voor beide partijen was de oplossing bevredigend. Met de vaststellingsovereenkomst is de kans groter geworden dat het UWV aan Jan het recht op een uitkering geeft. Dirk kan zich weer richten op het bedrijf. Een heftige zaak met een passende oplossing, als je het mij vraagt.
Kosten van mijn dienstverlening: €.3.000 ex BTW.
Zit je in eenzelfde situatie of een situatie vergelijkbaar hiermee verwikkeld? Bel me, zodat je weet wat je moet doen: 06-41295253.